Henry Rollins over Nirvana: ‘Ineens waren de Poisons en Bonjovis dezer wereld als Rommel in de woestijn: overgefinancierd, opgeblazen, zonder vaseline’. Wat dat van de groep Tool maakt ter hoogte van ‘Opiate’ (1992) en ‘Undertow’ (1993)? De beslissende tweede slag om El Alamein dan maar? Een keerpunt in de hair metaloorlog. Ook The Scorpions waren al hun tanks kwijt en gaven zich over.
Let wel, áls Tool al klinkt als de hard-zachtwipplank van de typische grunge van die tijd, is het in een genrevariant met omleidingen. Tool woont ook ver van Seattle, in de City Of Angels, maar huldigt nergens de L.A. Stripdecadentie van Guns’N’Roses. Een uplift mofo party plan hebben ze evenmin: aan hun lijf geen Funkadelicinvloeden.
De heren luisteren alle vier naar King Krimson (beweren ze toch, als leden van het echte King Crimson met Toolmuziek geconfronteerd worden horen ze zichzelf nergens).
De eerste Toolsong die mij ooit plat kreeg heet ‘Hush’: ‘I can’t say what I want to / even if I’m not serious’, dié bom. In weerwil van dat tekstfragment nemen die van Tool hun muziek zéér au sérieux, en verlangen ze ook van hun publiek dat ze meer zijn dan gedwee, al dan niet skydivend klapvee.
3/4 van Tool komt van heel ver. Toen ze nog aan de groep moesten beginnen waren ze bevriend met Green Jellÿ, een bende crossovercarnavalisten met wie ze zelfs een huis deelden. Eén van Green Jellÿ’s songs heette ‘I’ve Got Poo-Poo On My Shoe’, een andere duurde 1 seconde. Green Jellÿ liet een limousine voorrijden toen niemand hen kende. De cd ‘Triple Live Möther Gööse at Budokan’ werd in een garage opgenomen. De fans namen de doorzichtige gelatinepudding waarnaar de groep zich noemde mee naar optredens, en niet om ‘em op te eten.
Green Jellÿ had veel minder tijd en aandacht voor de muziek dan voor de garderobe (‘Onze grootste invloed is Gwar. Van hen leerden we dat je je kostuums niet van papier-maché en kippengaas, maar van isomo moet maken’).
Hun eerste bekendheid verwierven ze via The Gong Show, waar ze verkleed als koe, drol en pompoen naartoe trokken. Als u hen kent is het van de hit waarin ‘Little pig, little pig, let me in’ wordt gevolgd door een falsettohoog ‘Not by the hair of my chinny chin chin’. Wel, dié chinny chin chin, die werd ingezongen door Maynard James Keenan van Tool. Aan de drums Danny Carey. Gitarist Adam Jones was betrokken bij de claymation voor de clip.
De idiotie van de pre-Tooldagen laat tot op de derde plaat serieuze remsporen achter. De hoes van ‘Aenima’ bevat 16 hoezen van andere platen die de groep zou hebben gemaakt. Other albums available by Tool: ‘Betlehem abortion clinic’ (op de hoes een foto van een glasraam), ‘Bad breath’ (een miss uit de missverkiezing), ‘I smell urine’ (een kind hangt boven een drinkfontein).
‘Intermission’ wordt ingespeeld door iemand die later muziek zou maken voor Spongebob Squarepants. Een neefje van Hitler zweept in de Nine Inch Nailsparodie ‘Die Eier von Satan’ de massa op met een recept voor koekjes. Ingrediënten: ‘Eine Messerspitze Turkisches Haschisch / Ein halbes Pfund Butter / Ein Teelöffel Vanillenzucker’. Toverspreuk: ‘Simsalbimbamba’. Tip om gezellig te kokkerellen: ‘Auf ein gefettetes Backblech legen und / Bei zweihundert Grad fur funfzehn Minuten backen’. Woorden die in de plaats van ‘Heil Hitler’ komen: ‘KEINE EIER’.
Een Italiaan laat ook ergens een boodschap op een antwoordapparaat achter: ‘Pezzo di merda, figlio di puttana. I hope somebody in your family dies soon.’
De sfeer wordt inderdaad gemener: in ‘Hooker with a penis’ komt Maynard Keenan een in de juiste Vans, 501’s, t-shirt en piercings gestoken punker tegen die hem meldt dat Tool zichzelf verkocht heeft aan de duivel. Keenan wordt er dus van beschuldigd een sell out te zijn. Zijn antwoord: ‘I sold my soul to make a record, Dipshit / And then you bought one’. Natuurlijk wint ex-militair Keenan van opponent Trendy Punker met knock-out.
Het meeste van wat u hier (en tot hier) over Tool las, gom ik nu weg. Ik neem uit de dagen voor ‘Aenima’ alleen een paar oude songs mee (‘Prison sex’, ‘Hush’, ‘Sober’). Ik laat ook ‘Lateralus’ en ‘10,000 days’ achter – platen van later. Slechte platen? Nee, maar ze zijn minder afgronddiep, veel beredeneerder en egaler van kwaliteit; sommige songs klinken als Metallica. De cd’s bevatten minder hoge pieken dan de zes zesduizenders die ik na wat opruimwerk uit deze Himalaya knip. Graag gedaan.
1. ‘Stinkfist’, de opener die je meteen in de houdgreep van de Toolvibe brengt, om je niet meer te lossen. De bizarre ritmeveranderingen blijven voor mij na al die jaren gelijke tred houden met herinneringen aan de performance van de zanger die als een gebochelde met een getatoeëerde ruggengraat alle hoeken van het podium verkende en aan de video’s met de spooky stopmotion-animatie met kleimannetjes van Adam Jones. Tool is eigenlijk een beetje stopmotion. De tekst met finger deep… knuckle deep… elbow deep inside the borderline… verandert vandaag bij elke nieuwe beluistering van betekenis, maar omdat de plaat in het Dutrouxjaar 1996 is geboren, hoorde ik in die dagen over kindermisbruik zingen, vanuit het standpunt van de misbruiker, die ooit zelf misbruikt werd. In die interpretatie is de hardste zin: ‘What became of subtlety?’
2. ‘Eulogy’, over Scientology-oprichter Ron L. Hubbard. Inderdaad een zéér irritant man. In de muziek is alle vet eraf getrimd, een tijdje vasten heeft lichaam en geest van alle vuiligheid gereinigd. Voor de ‘martelaar’ Hubbard is de boodschap ondertussen niet mals: ‘Get off your fucking cross / We need the fucking space / to nail the next fool martyr’.
3. ‘H.’, een ouroboros van een song. Ik zei dus: een slang van een song die zijn eigen staart opeet om een eeuwige cirkel te vormen. ‘The snake behind me hisses / what my damage could have done / my blood before me begs me / open up my heart again’. Niet kunnen kiezen. Kiezen. Evolutie. Verandering. Beweging. Eenheid. Wederkeer. Stilstaan voor de spiegel en weer niks dat je tegemoet komt, dát natuurlijk ook.
4. ‘Jimmy’, heel waarschijnlijk een mijmering van Keenan bij een gebeurtenis die hem tekende: zijn moeder raakte volledig verlamd toen hij 11 was. Ontroerende, machtige song! Verkent en onderzoekt in de kindertijd diepten en hoogten van waarheid en inzicht. Belandt uiteindelijk zonder landingsfouten op de mat van de volwassenheid.
5. ‘Forty Six & 2′, dat ook over schaduwen gaat, en hoe ze te controleren. Dit is een uitgeslagen brand aangestoken door hart én verstand, en een brand die hart en verstand daarna proberen te blussen. In de song zit veel van de schaduwtheorie van Carl Gustav Jung. Kort: je schaduw (samen met anima en persona een van ’s mans drie archetypes) integreer je best een beetje in je doen en laten in plaats van ‘em naar het onderbewuste te verbannen. Tool klinkt hier alsof het koste wat het kost van plan is om op de wijze van The Doors door te breken naar de andere kant. ’46 & 2 are just ahead of me’ klinkt het ergens: heeft waarschijnlijk te maken met een totaal van de pot gerukte theorie van ene Drunvalo Mechizedek. Hij dicht de Aboriginals 42+2 chromosomen toe (niet waar). Hij plaatst ons moderne mensen met 44+2 chromosomen (oké) in een overgangsfase: we zullen evolueren naar een geüpdatete soort met 46+2 chromosomen (jaja) die ons bewustzijn een boost gaat geven (uiteraard!). Is op z’n slechtst een gevaarlijke theorie (omdat de Aboriginals geen mensen meer genoemd worden), en op z’n best een verzinsel zoals de bijbel een verzinsel is, en daar hoort zoals bij de bijbel vandaag een lange internetdiscussie bij, die voor mij vooral interessant is geweest. Waarom Tool, doorgaans intelligente mensen, hier naar deze kwakzalver verwijzen? Beats me.
6. ‘Aenema’: een darmspoeling voor de ziel van Tinseltown Los Angeles. Tool samplet de in 1994 gestorven comedian Bill Hicks: ‘Leer zwemmen, want ik zit te hopen op een zondvloed die jullie tot aan de baai van Arizona wegspoelt’. In de cd-inlay een geschilderd portret van Hicks, met onderschrift ‘Another dead hero’. Hicks was een vriend en een verwante ziel: ook op zoek naar psychedelische verlichting en iemand die zich op z’n trips evenmin beperkte tot de tuin van Eden. De Hicks- en Toolboodschap aan alle L.A.-freaks van toen met hun liposuctie en hun Prozac en hun goedkope praatjes over religie was natuurlijk niet: leer zwemmen of sterf, maar wel: plug je hart en je hersenen opnieuw in in het collectieve bewustzijn.